Indien eenmaal slagen afgestaan zijn, moet dit gehandhaafd blijven, behalve wanneer binnen de periode van herstel zoals vastgesteld in artikel 79C de wedstrijdleider het afstaan van slagen moet annuleren, namelijk als:
een speler een slag heeft afgestaan die zijn partij daadwerkelijk had gemaakt, of
een speler een slag heeft afgestaan die niet verloren had kunnen gaan bij iedere normale (Noot: Voor het gebruik van de artikel 70C en artikel 71 geldt dat "normaal" omvat: een speelwijze die zorgeloos of minder goed zou zijn, rekening houdend met het niveau van de betrokken speler.) voortzetting van het spelen.
De score op het bord wordt opnieuw berekend, waarbij een dergelijke slag wordt toegekend aan de partij van die speler.
.
Artikel 79C
C. Foutieve score
Een fout in het berekenen of noteren van de overeengekomen score, gemaakt door een speler of een toernooimedewerker, mag worden hersteld tot het einde van de termijnen die daarvoor door de toernooiorganisator zijn gesteld. Tenzij de toernooiorganisator een late (Noot: Er mag een eerder tijdstip worden vastgesteld als het speciale karakter van een wedstrijd hiertoe noodzaakt.) tijdstip vaststelt, eindigt de termijn voor correcties dertig minuten nadat de officiéle uitslag ter inzage is gegeven.
Op voorwaarde dat de toernooiorganisator akkoord gaat, mag een foutieve score na het einde van de termijn voor correcties nog verbeterd worden als de wedstrijdleider er zeker van is dat de score fout is.
Artikel 70 Betwist opeisen of afstaan van slagen
Algemene doelstelling
Bij het beslissen over een betwist opeisen of afstaan van slagen stelt de wedstrijdleider het resultaat op het spel voor beide partijen zo billijk mogelijk vast maar elk twijfelachtig punt in verband met het opeisen of afstaan dient in het nadeel van de eiser te worden beslist. De wedstrijdleider gaat als volgt te werk:
Herhalen van de toelichting
De wedstrijdleider verlangt van de eiser dat hij de toelichting die hij bij zijn opeisen gegeven heeft, herhaalt.
Vervolgens luistert de wedstrijdleider naar de bezwaren die de tegenstanders tegen het opeisen of afstaan hebben (maar in zijn overwegingen is de wedstrijdleider niet uitsluitend beperkt tot de bezwaren van de tegenstanders).
De wedstrijdleider kan van de spelers verlangen dat zij hun overgebleven kaarten met de beeldzijde naar boven op tafel leggen.
Tegenpartij heeft nog een troef
Wanneer een van de tegenstanders nog een troef heeft, moet de wedstrijdleider de tegenpartij nog een of meerdere slagen toekennen indien voldaan wordt aan elk van de volgende drie voorwaarden:
de eiser maakte geen melding van die troef; en
het is aannemelijk dat de eiser op het moment van zijn claim vergeten was dat de tegenpartij nog een troef had; en
bij een normale (Noot: Voor het gebruik van de artikel 70 en artikel 71 geldt dat "normaal" omvat: een speelwijze die zorgeloos of minder goed zou zijn, rekening houdend met het niveau van de betrokken speler) speelwijze zou met die troef een slag gemaakt kunnen worden.
Overwegingen van de wedstrijdleider
Indien de eiser een succesvolle speelwijze voorstelt die niet was opgenomen in zijn oorspronkelijke toelichting, mag de wedstrijdleider die niet accepteren als er een alternatieve normale (Noot: Voor het gebruik van de artikel 70 en artikel 71 geldt dat "normaal" omvat: een speelwijze die zorgeloos of minder goed zou zijn, rekening houdend met het niveau van de betrokken speler) speelwijze is die minder succesvol zou zijn.
De wedstrijdleider accepteert geen enkel deel van het opeisen van een tegenspeler dat afhangt van de keuze van zijn partner voor een bepaalde speelwijze uit meerdere normale 1 speelwijzen.
Niet genoemde speelwijze
Als de eiser een nog niet genoemde speelwijze voorstelt waarbij het succes afhankelijk is van het ontdekken of een bepaalde kaart al dan niet in de hand van een bepaalde tegenstander aanwezig is, mag de wedstrijdleider dit niet accepteren, tenzij een tegenstander niet heeft bekend in die kleur voordat slagen werden opgeéist, of later niet zou bekennen bij iedere normale (Noot: Voor het gebruik van de artikel 70 en artikel 71 geldt dat "normaal" omvat: een speelwijze die zorgeloos of minder goed zou zijn, rekening houdend met het niveau van de betrokken speler.) speelwijze.
Het Bondsbestuur mag een volgorde bepalen (bijvoorbeeld "te beginnen met de hoogste") waarin een kleur gespeeld moet worden, die de wedstrijdleider moet opleggen als die volgorde niet duidelijk was in de toelichting van het opeisen (maar altijd ondergeschikt aan alle andere bepalingen van dit artikel).(Noot: Het Bondsbestuur heeft zo'nvolgorde niet bepaald. )